Doorgaan naar hoofdcontent

Werkloos




Het is er dan toch van gekomen, ik ben werkloos. Het bedrijf waar ik voor werkte bestaat niet meer. Het is allemaal nog 'grootser' geworden dan iedereen had gedacht. De hele Groep waar ons bedrijf onderdeel van was is omgevallen. Nadat er al wat bedrijven waren ontmanteld en personeelsleden met `leuke regelingen ` de wacht waren aangezegd, ging na diverse surseances van betaling het moederbedrijf failliet. Dit was de bekende druppel die het dominoverhaal in gang zette.

Ik vernam een en ander toen ik vakantie aan het vieren was in Slovenië. Op een gemoedelijke camping tussen de naaldwouden met de geur van kampvuren in de lucht bereikten mij diverse onheilstijdingen. Thuisgekomen lag er een brief van de curator. Het UWV had ons bedrijf tijdens mijn vakantie een bezoek gebracht om een en ander toe te lichten en te helpen bij het invullen van de formulieren. Faillissement betekent dat er in de meeste gevallen niks voor het personeel overblijft, ook niet voor de mensen die zitten te wachten op hun 'leuke regeling '.Het gros van de mensen heeft nu geen baan meer. Twee bedrijven zijn verkocht en er vindt een kleine doorstart plaats van een bedrijfsonderdeel.

Helaas is het laatste salaris niet meer uitbetaald. Ook mijn salaris gedurende de opzegtermijn van zes weken, een termijn bepaald door het UWV, tot de daadwerkelijke ingang van de werkloosheid zal niet meer worden uitbetaald. Gelukkig is daar het UWV die deze taak over gaat nemen. Ze hebben dan wel wat bescheiden van me nodig zodat ze kunnen vaststellen dat ik ben wie ik ben en ze de juiste persoon gaan uitbetalen. Ik ben nu al twee weken aan het proberen deze afspraak te maken en dat gaat nog niet zo vlotjes, eufemistisch gesteld. Op papier zou de uitnodiging nu toch wel binnen twee dagen moeten komen, anders moet ik toch weer gaan bellen.

Afgelopen vijf augustus kreeg ik een brief van het UWV met een urenstaat die ik moest invullen. Op deze urenstaat word ik geacht de uren in te vullen die ik mogelijk heb gewerkt tijdens de opzegtermijn. De opzegtermijn die nog bepaald moet gaan worden naar aanleiding van mijn bezoekje aan het UWV. Een uitnodiging die ik al twee weken probeer te regelen. Een bescheiden glimlach werd mijn deelgenoot.Tevens stond er op het formulier dat ik vijf augustus ontving dat ik het vier augustus moest opsturen. Het begon langzamerhand de eerste absurdistische trekjes te vertonen, maar ik lachte het weg met gebalde vuisten. Ik had besloten volkomen Yin en Yang het traject in te gaan.

Inmiddels zijn de tien werkdagen, de termijn waarin ze beloven je uit te nodigen, verstreken. Op de site van het UWV kan je een klachtenformulier invullen. Ik heb daar wat tijd ingestoken en mijn knuisten jeuken nu om ze na het weekend te bellen. Inclusief mijn dienstplichtige periode betaal ik nu bijna achtentwintig jaar belasting en om dan op je vijftigste op je knietjes te moeten vereist enorm veel zelfbeheersing kan ik u vertellen. Gelukkig ben ik een uitermate tolerant mens en weet mijn grote geest zich door deze malaise heen te worstelen.

Volgens alles en iedereen zou ik nu een doodongelukkig mens moeten zijn. Ik ben net vijftig en tijdens mijn vakantie werkloos geworden. Vijftig jaar is ook niet de leeftijd waarop je heel snel weer een baan vindt is de algehele opinie. Ik moet u echter verklappen dat ik alles behalve doodongelukkig ben. Ik voel me heerlijk bevrijd en dat gevoel geeft me de kans om over dingen na te denken, over wat ik bijvoorbeeld zou willen gaan doen en vooral over wat ik niet wil gaan doen. Het baantje dat ik had stelde niet al teveel voor en het bedrijf was de laatste tijd ook echt niet meer om over naar huis te schrijven. Ik ben een ambitieus mens en dan vooral buiten mijn werk om. Er moet ruimte zijn voor persoonlijke ontwikkeling en dat kan niet als je alleen maar aan het werk bent.

Op mijn werk kwam ik veel mensen tegen die beweerden ambitieus te zijn. Vaak kwamen deze 'ambitieuze mensen  niet werken' omdat ze ziek, onevenwichtig of labiel waren. Als ze wel kwamen leverden ze vaak belabberd werk af. Wat ze wel goed konden was het likken van de ballen van hun bazen. Dat vonden de bazen heerlijk zo’n kneedbaar knechtje om zich heen. U kent allemaal wel de alom bekende theorie : ' zwakke leiders hebben zwakke onderdanen '. Ik heb daarentegen nooit bazen gehad. Ik ben namelijk geen hond en beschouwde deze mensen als 'functionele meerderen'. Ik ben van het minder ambitieuze type. Ik ben betrouwbaar, lever prima werk af, maar zal niet ten koste van alles voor mijn baan gaan. Ik schuw niet dit taboe te verkondigen. Ik ben van mening dat iemand niet goed kan functioneren op lange termijn als hij of zij pseudo-ambitieus gedrag vertoont. Wat ik zeker niet doe is het likken van de ballen van de functionele meerderen. Ik schop ze daarentegen wel voor de ballen als ze me dwars zitten.

Voorlopig vermaak ik me prima. Privé ben ik namelijk zeer ambitieus. Ik schuif zo aan bij gesprekken over Tolstoj, het milieu, het Stalinisme, het Expressionisme, Feyenoord, de Oude Meesters, politiek, stedenbouw, milieuproblematiek, die Endlösung en Speciaalbier om maar enkele voorbeelden te noemen.

Ik heb wel een kleine bekentenis te doen. Enkele dagen geleden heb ik mijn cv gezet op de website van het UWV. Volgens de regels hoef ik dat pas te doen als ik mijn ww over enkele weken aan ga vragen. Ze vragen je het hemd van je lijf, maar je krijgt zo wel een prima cv op hun site. Het is ook in te zien door werkgevers. Een dag later werd ik al gebeld door een uitzendorganisatie voor een baan bij een verzekeringsmaatschappij in Den Haag. Ik schrok me een hoedje, dit ging allemaal veel te snel, hier had ik in dit stadium nog helemaal geen zin in. Ik heb het afgewimpeld en de toekomst zal uitwijzen hoeveel van dit soort telefoontjes ik ga krijgen. Misschien ben ik er over een maand wel klaar voor, als het tenminste een functie in Rotterdam betreft. Ik hoop dat het UWV niet meeleest want dan krijg ik vast een standje.
Vooralsnog ben ik zielsgelukkig en vrij en wil ik er nog even van genieten.

Foto : villamedia.nl

Reacties

Populaire posts van deze blog

Trammetje 8

  Ik ben woonachtig in een stad die voornamelijk bekend staat om diens uiterlijk van glas en staal. Als niets ontziende speren schieten torens van glas, staal en beton de lucht in. Toch heeft mijn stad oude wijken waar de geschiedenis nog voelbaar en zichtbaar is. Een van die wijken is het Oude Noorden. Deze wijk is gelegen tussen de Noordsingel, de Bergweg, Noorderkanaalweg, Soetendaalsekade, Zwaanshals, Zwaanshalskade en de Zaagmolenkade. Een nauwe stadswijk omringd door een gordel van groen langs de Rotte en de Noordsingel. E r is iets met deze wijk. Als er afscheid wordt genomen van de zomer en de dagen korter en korter worden gebeuren er dingen die niet te begrijpen zijn. Mensen die het hebben meegemaakt en het hebben proberen te verklaren zijn volkomen krankzinnig naar het gekkenhuis afgevoerd. Hoewel ik zelf nooit getuige ben geweest van vreemde gebeurtenissen kan ik me daar wel iets bij voorstellen. Vooral als ik tegen zonsondergang op één van mijn lievelingsplekken sta: op de

Dat is dan vijfentwintig cent.

    Ik loop richting de Coolvest, draai me om en kijk de Raamstraat in. Nog een paar weken en dan wordt de Zandstraatbuurt gesloopt. Eindelijk heeft Burgemeester Zimmerman dan zijn zin gekregen. De paupers zullen als ratten uit hun holen verjaagd worden. De krotten worden gesloopt en een nieuw stadhuis en modern postkantoor zullen ervoor in de plaats verschijnen. Er moet een stadsboulevard van allure komen. Het zal mij benieuwen. Wat zal ik de wijk gaan missen. Ontelbare uren heb ik er in de groezelige bierhuizen doorgebracht met een glas donker bier in mijn hand en een pak kaarten in mijn binnenzak. Het leven hier ligt mijlenver van dat van mij aan de Leuvehaven. De wereld van de Zandstraatbuurt, de wereld van de sloebers, alcoholisten, souteneurs, hoeren en ander gespuis. Ik veracht ze, maar oh wat heb ik ze nodig om me goed te voelen. Het geluk heeft me toegelachen  vanavond  tijdens het kaarten. Minstens vijfentwintig guldens rammelen in mijn zak. De laatste partij hebben ze me mo

Schipper mag ik overvaren?

  “Twee keer een overtocht, dat is dan samen zeven euro en vijftig cent mijnheer.“ “ Zeven euro vijftig voor twee tickets mijnheer.“ “ Euh….Sorry? Wat? “ “Voor de overtocht. Zeven euro vijftig.“ “Ja natuurlijk. Hier. Ik was even aan het dagdromen.“ “Zijn we weer op aarde eenzame fietser?,“ hoor ik achter me. Ik draai me om en kijk in het lachende gezicht van Ome Beertje. Op zijn blakende hoofd zit een pet van Sankt Pauli. “Je zat zeker weer in een andere dimensie,“ grijnst hij. “Een soort van Ome Beertje hahaha." Ome Beertje is mijn grote vriend. We kennen elkaar al zo lang dat we eigenlijk niet meer weten wanneer we in elkaars leven zijn verschenen. We hebben dezelfde humor en houden beide van contempleren. Ome Beertje beheerst het contempleren tot in de finesses en heeft mij er veel over geleerd. “De mens is een dwaasheid “ zeggen we altijd. “De mens wil altijd meer, maar meer is niet altijd beter.“ zeggen we ook vaak. Ondanks het feit dat de mensen steeds maar o