Als de dagen gaan lengen en de vorst gaat strengen komt
Rotterdam weer in de ban van het Internationale Filmfestival, het IFFR voor
intimi. Op mijn voortreffelijke blog https://raymond695.wordpress.com/
heb ik een stuk tekst gewijd aan het
filmfestival. Het is sowieso een aanrader dit blog eens te bezoeken. Op
onnavolgbare, zelden vertoonde wijze, leg ik op een geniale manier de ziel van
Rotterdam bloot.
Het IFFR is een bijeenkomst van bohemiens, parvenus, hoornen
brillen, uitvreters, salonsocialisten en filmliefhebbers. Uiteraard behoor ik
tot de laatste groep. Geen etiket bevat genoeg lading om mij weer te geven. Ik ben
wars van groepsdwang en ga lekker mijn eigen gang.
Nu ben ik niet echt gevoelig voor stromingen, toch
borrelt er iets in mij. Ik moet telkens denken aan het het feit dat bepaalde
films steeds weer terugkomen en bekeken blijven worden. Bij de keuze
voor een reeds bekende of een compleet nieuwe film kiezen de mensen vaak voor het eerste. Ik ben zinnens er een etiket op te plakken. De films met het
fenomeen dat ze herhaaldelijk worden bekeken
wil ik etiketteren met de stroming “Nouvelle Vaak”.
Nu zullen de CU’S onder u ( voor uitleg CU zie enkele blogs
hieronder ) al snel een knipoog ontwaren naar de filmstroming “Nouvelle Vaque”, een stroming ontstaan
in 1959 en uitgevonden door Jean – Luc Godard, die eigenlijk helemaal geen
Godard heette, maar Le Brun. Een beetje woordkunstenaar ziet meteen dat Godard
staat voor God & Art. Hiermee wilde Godard aantonen dat zijn kunst
goddelijke proporties heeft. Hij was bang dat men hem met de naam Le Brun zou
aanzien voor een neger. Hij verwerkte veel jazzmuziek in zijn films, maar Godard
wilde iedere vorm van positieve en/of negatieve associatie met ras en kleur
vermijden. Wel draagt Godard regelmatig hoornen brillen en Jean-Paul
Sartre-achtige coltruitjes. Een kledingstijl die regelmatig wordt gesignaleerd op het
IFFR bij de gebruikelijke heikneuters. Zo ziet u, het cirkeltje is snel rond bij de vrije geesten.
De Moeder der “Nouvelle Vaak films “ is ongetwijfeld Home Alone. Sinds het uitkomen van deze
film in 1990 kun je er de klok op gelijk zetten en wordt de film ergens in de donkere dagen voor kerst op de televisie vertoond. Ondanks het feit dat minimaal
negentig procent van de mensen die de film thuis op de bank bekijkt de film al meerdere malen heeft gezien, blijft dit pronkstuk trekken. Mijn zwager
is zo`n type. Hij heeft de film op video, dvd en de harde schijf, maar toch
gaat ie ieder jaar weer kijken, de irritante reclames tussendoor kritiekloos
accepterend.
Wat mezelf betreft zijn de ultieme “Nouvelle Vaak films “ Groundhog Day en Back to the Future alle drie de delen. In beide films wordt wordt
gestoeid met de tijd en daar ben ik zeer gevoelig voor. Een “Oooh French poetry, hahaha, what a waste of
time “ orerende Bill Muray, of een hinnikende George Mcfly brengen mij in extase. Het zijn de “feel good movies” bij uitstek en wat
mij betreft waardige exponenten van de “Nouvelle Vaak “.
Het zijn niet alleen films die zich kunnen scharen onder de
noemer “Nouvelle Vaak “. Het is ook mogelijk om series of komedies dit stempel
te geven. Voorbeelden van series die ik zelf kan blijven kijken zijn Jiskefet, Fawlty Towers, George &
Mildred, Some mothers do ‘ve them, Are
You being served?, James Herriot en de voortreffelijke zedenschets Toen was geluk nog heel gewoon. Vooral met de laatste heb ik een
zeer speciale band omdat het zich afspeelt in het Rotterdamse. Als we een
Koningskoppel kunnen aanwijzen in het genre van de “Nouvelle Vaak “ dan kom je uit
bij Gerard Cox en Joke Bruijs. Deze twee grootheden hebben het gepresteerd
middels een puik staaltje Method Acting het maatschappelijke, sociale en
culturele leven van Rotterdam in de jaren vijftig, zestig en zeventig de
huiskamer in te slingeren. Ik heb nooit begrepen waarom kunstminnend Nederland
altijd maar weer uitkomt op Pierre Bokma en Halina Reijn, om zomaar twee
willekeurige voorbeelden te noemen. De parels van de “Nouvelle vaak “. lopen echt in Rotterdam rond.
Ik wil nog één voorbeeld noemen van “ Nouvelle Vaak”. Het is
de liefde voor een serie die ik deel met mijn waardige ex-collega’s de Dude en
de Lange Dwarrel. Hele disputen hebben we gewijd aan deze serie en regelmatig deelden we ons intens verlangen naar een weerzien met dit meesterwerk. Inmiddels is, tot onze
grote vreugde, al gedeeltelijk aan dit verzoek voldaan middels herhaling van
één der drie delen. De serie waar ik het over heb is Spartacus, de grote leider
der slavenopstand in de Romeinse Republiek. Ik zeg bewust Romeinse Republiek
omdat ten tijde van de Slavenopstand het Romeinse Rijk nog niet bestond, deze
ontstond pas enkele tientallen jaren later, nl 27 jaar v. Chr. Daarvoor spreken
we over de Romeinse Republiek. Het is een veelgemaakte fout maar ik neem het
niemand kwalijk, ik attendeer slechts op de feiten zoals ze zijn.
De serie is groots opgezet. Het hele spectrum aan menselijke
emoties, van amoureuze omhelzingen tot aan het afhakken van menselijke
ledematen, passeert de revue en wordt op grootse, niets verhullende wijze in
beeld gebracht. De geschiedkundige karakters worden vol geportretteerd, soms
een klein loopje met de geschiedenis nemend, ingegeven door het enthousiasme
van de filmmakers. Het stoort echter nergens en zeg nu zelf, Julius Caesar die
op onvrijwillige wijze van achteren wordt bemind terwijl hij door enkele potige
centurions in bedwang wordt gehouden schept een breder, menselijker beeld
van deze Imperator. Tijdens de reclames namen we per mail en/of sms de scenes
door en op het werk probeerden we ons enthousiasme vaak tevergeefs op andere
mensen over te brengen. Het heeft in ieder geval een levenslange band tussen
ons geschapen.
Reacties
Een reactie posten