Doorgaan naar hoofdcontent

Nachtmerries

 


De zon staat loodrecht boven de aan een strand in het zuiden van het oude continent gelegen megacamping. De temperatuur is inmiddels gestegen naar een hartverzakkende zesendertig graden. Ik zit op een campingstoel voor mijn caravan en kijk om me heen. Mijn iele, benepen, stoffige stek is omringd door bestelbusjes met Nederlandse kentekenplaten en opschriften zoals " Stukadoorsbedrijf Woudrichem “en “ Installatiebedrijf Geleen. “  Van alle kanten giert het Hollandse repertoire uit de caravans. Het zoute, gortdroge zand schuurt langs de kloven tussen mijn bloederige tenen. Ik verbijt mijn pijn middels een paar slokken lauwe Zeller Schwarzer Katz. Op mijn schoot ligt het onaardse proza de Meester en Margarita van Michail Boelgakov. De voorkant wordt gesierd door een afbeelding van een zwarte kat. Deze zwarte, pratende kater steelt de show in een hallucinerende vertelling die zich afspeelt in de tijd van het Stalinisme. Ik kijk om me heen en voel me als een ongestreken vlag op een zinkende modderschuit. De getatoeëerde buurman en zijn moddervette in string gesnoerde vrouw slepen pakken wijn, blikken bier en flessen Sangria aan. Er verschijnen koelboxen vol vette worsten, pezig varkensvlees en ranzig riekend gehakt. De blikken bier worden koud gezet in een met ijswater gevuld babybadje.

De buurman maakt oogcontact, opent zijn mond en stuurt geluidsgolven in mijn richting. “Vanavond barbecue buurman!!! Hebbie d’r zin an? Zin an?? Zin an??? ” Ik probeer te antwoorden maar het lukt me niet. Het lijkt alsof mijn keel is dichtgesnoerd. Ik zit in een soort van niemandsland en de woorden van de buurman vervormen langzaam tot een onbegrijpelijke brei. Wakker worden! Wakker worden!! Wakker worden!!! Ik open mijn ogen en kijk in de heldere ogen van Viggo, mijn collega van de laatste twintig jaren. 

“ Wakker worden eenzame fietser. Gaat het met je? Je ziet zo bleek en het zweet staat op je voorhoofd. “ 

Ik kijk om me heen en zie de vertrouwde omgeving van de blokhut in het noordelijkste graafschap van het continent. De plek van waaruit ik al twintig jaar mijn inspectierondes loop in de omgeving. Deze zo goed als altijd donkere omgeving. ‘s Nachts omdat het nacht is en overdag omdat de donkere naaldwouden, de zwarte meren en de bruine heidegronden het schaarse licht uit de omgeving zuigen. Al twintig jaar heb ik deze droombaan. Ik loop met Viggo de rondes en al die jaren hebben we nog nooit iets meegemaakt. Iedere dag zien we dezelfde dieren, planten en bomen en horen we dezelfde geluiden.

“ Het is jouw beurt eenzame fietser. Ben je in slaap gevallen? “

“ Ik had een afgrijselijke nachtmerrie Viggo. Ik ben blij dat ik weer wakker ben. “

Ik doe mijn jas aan, trek de deur achter me dicht en loop de donkere bossen in die zijn gevuld met een melkachtige nevel. De met rijp bedekte mossen kraken onder mijn schoenen en ik snuif de anijsachtige geur van het bevroren dennenbos op.

Ik word regelmatig geteisterd door nachtmerries en beland dan in situaties gelijk de hel. Ik zal enkele van die nachtmerries voor u op een rij zetten.

 

Flitsfood

 

Ik had een feest bij ons thuis georganiseerd en al mijn technovrienden, en dat waren er best veel, uitgenodigd. De avond begon met een maaltijd waarna de dampende meute de calorietjes er tot diep in de nacht af zou kunnen dansen. Ik had de buurt al gewaarschuwd dat het een komen en gaan van shiny happy people zou worden en godzijdank gaven de heikneuters hun zegen. Aangezien ik geen zin had om voor vijftig mensen pasta met boursin en hamblokjes te bakken maakte ik gebruik van de nieuwe sensatie op culinair gebied, Flits Food BV. Flits Food BV biedt pakketten bereide maaltijden per thema aan en bezorgt dit, afhankelijk van de hoeveelheid, binnen tien tot dertig minuten. Ik had gekozen voor het thema Urban. Terwijl mijn vriendjes en vriendinnetjes arriveerden deed ik mijn bestelling bij Flits Food BV. De sfeer zat er al vlot in. Binnen een mum van tijd werden de eerste pilletjes geslikt en verdween menig lijntje tussen de neusschotten. Aangezien minstens de helft van de aanwezigen gescheiden was werd er links en rechts flink naar elkaar geloerd en soms zelfs aan elkaar gesnuffeld. De dapperen onder hen hadden, al dan niet onder invloed van de drank, pillen en de lijntjes, de eerste serieuze avances al gemaakt. Klokslag 18.24 uur ging de bel. Flits Food BV stond klaar met het Urban Food. De boel werd op scooters door drie puisterige knullen geleverd. De ganse straat was ingepakt door de walm die uit de warmhoudcontainers kwam. Tientallen dozen en plastic tassen werden door de knapen naar binnen gedragen. Ik hoopte maar dat het eten malser was dan de prijs, deze was namelijk verre van mals. Voordat de meute zich op het voer kon storten deed ik een quick scan en proefde links en rechts wat uit de bakken. Het viel eerlijk gezegd niet mee, maar ik had ook niet anders verwacht. De “ pizza “ liet een dominant aanwezige zoutsmaak in de keelholte achter. De Kapsalon smaakte naar papier – maché. De lamskebab had weinig raakvlak met een lam, maar wel met een andere viervoetig wezen: de rat. De spaghetti werd door een paar doorgesnoven feestgangers gebruikt om elkaar vast te binden en af te tuigen. De kerriesoep smaakte naar warme meel, wat niet verwonderlijk is als je de soep bindt met zes kilo roux in plaats van een liaison. De autoriteit op het gebied van smakeloze, uitgedroogde kip, Kentucky Fried Karton, had ook een duit in het zakje gedaan. Ik had al mijn hoop gevestigd op Flits Food BV’s specialiteit, de bouillabesje, een kruidige bouillon op oma’s wijze bereid door een fossiel van vierennegentig. Helaas kon ook deze bouillon me niet bekoren. Het bocht smaakte alsof het getrokken was van baksteen.

Na mijn “goedkeuring ” viel de meute aan op het buffet. Het duurde zegge en schrijve tien minuten, maar toen was alles op. Een half uur later was een derde alweer uitgekotst en droop de vomit van de vensterbanken. Het volume van de installatie ging naar zeer hoog en de onvermijdelijke handjes in de lucht zorgden ervoor dat mijn kroonluchters het niet overleefden. De puinzooi werd groter en groter en de paniek sloeg nu daadwerkelijk bij me toe. “ Ik moet me niet gek laten maken “ hield ik mezelf voor. “ Dit zijn normale taferelen bij hedendaagse hippe feesten.” Ik sloot mijn ogen en probeerde nergens meer aan te denken.

Ik werd wakker van een ruwe tong die mijn neus leeglikte. Ik opende mijn ogen en keek in de ogen van onze gitzwarte kater Kylo. Als een usurpator heerste de stilte om ons heen. Vanuit de keuken kwamen geuren van een pruttelende Boeuf Bourguignon. Wat een huiselijk paradijs! Ik viel op mijn knieën en dankte Paulus van Thebe, de eerste de beste Heremiet die in me opkwam. Om het geluk te vieren trok ik een fles Spätburgunder open. Ik had gedroomd en het was een afgrijselijke nachtmerrie gebleken.

 

De Buurtborrel

 

Ik draai mijn electrisch aangedreven SUV onze wijk, Parck Welbehagen, in.“ We zijn net op tijd voor de buurtborrel “ hoor ik mezelf zuchten. In de verte zie ik het bordje van Hofje Ons Welzijn, de plek waar ons nieuwe huis is gebouwd. We wonen er nu zes maanden. Als ik op de zolder uit het raampje hang kan ik nog net de contouren van de stad van glas en staal zien,….mits het helder weer is. Ik parkeer de overmaatse SUV op ons stenen plateau wat voor een voortuin moet doorgaan. Als je niet beter wist zou je denken dat je de parking van een crematorium bent opgereden. Ik open de voordeur en treed ons huis binnen. Het smetteloos, kille, blinkende, witte huis waar geen stofje te bekennen is. Het is dat ik geen pijnscheuten door mijn kaak voel schieten anders zou je denken dat je in een wachtkamer van de tandarts zit. De woonkamer is net een showroom. Alles is netjes naar rechts gericht en de hele inrichting is gebaseerd op functionaliteit. Al het leven is eruit getrokken als een rotte kies. Misschien daardoor toch die associatie met de tandarts.  Op de eerste verdieping heb ik een goed uitzicht op de plek waar de buurtborrel plaatsvindt, de tuin van de buren.

“Ik ontwaar een vreemd klimatologisch fenomeen schat “ roep ik naar beneden.

“ Hoezo? “ echoot het.

“ Het is vijfentwintig augustus en het heeft gesneeuwd “.

“ Gesneeuwd? “

“ Yep. De kinderen hebben allemaal sneeuw op hun hoofd.  Ooh nee, wacht. Ik heb me vergist, het is de kleur van hun haar. “

De kinderen uit de buurt met namen als Annefleur, Myrte, Willemijn, Roderick, Constantijn, Lodewijk, Marnix, Valérie, Conraad en Machteld lopen als stuiterende Joseph Mengele produkten nu al de sfeer te verzieken.

Met een zwaar gemoed loop ik naar de buren. Ik heb er eerlijk gezegd niet zoveel zin in. Deze micro-omgeving is niet echt op mijn lijf geschreven. Ik zit nog in de fase “ Wat doe ik in vredesnaam hier in deze wijk? “ De buurman opent de deur en zelden heb ik zo’n gelukkige man gezien. Hij verwelkomt ons alsof wij het beste zijn wat hem ooit in zijn leven is overkomen, wat op zich bijzonder is daar hij normaliter geen sjoege geeft als ik hem op straat tegenkom.

“ Wat geweldig leuk dat jullie er zijn. Ik zeg net nog tegen Laurentine : “” Wat fantastisch dat,....... euh, euh, de buurtjes er ook zijn.”” Welkom in ons nederige paleisje van 250 vierkante meter. “

Hij heft zijn glas naar ons en ik vraag :  “ Wat drink je? “

“ Barolo. What else? “

“Inderdaad: What else? “ lach ik hem toe.

“ Zal ik hem nu of na een fles wijn op zijn bek stampen? “ vraag ik mijn lieftallige vriendin in het Inuktitut. Sinds veertien maanden volgen wij de cursus Inuktitut voor beginners. Wij hebben ons inmiddels zo bekwaamd in deze taal van de Inuit uit Canada dat we discreet gesprekken kunnen voeren die niet voor andere oren geschikt zijn.

“ Wat was dat nou? “ vraagt hij.

“ Ik sprak in het Oud-Piëmonts. Een eerbetoon aan de fantastische Barolo. Doe ons ook maar een glas, ach geef maar gewoon een fles.” Voordat hij wat kan zeggen lopen we naar binnen. Ik pak zelfstandig een fles Barolo en twee glazen uit de rijk gevulde drankenkast. We zwaaien Laurentine gedag en ik schenk ons twee glazen in.

“ Wat doet u voor de kost? “ hoor ik iemand achter me piepen.

“Begint dat gezeik nu al? “ hoor ik mezelf denken.

Ik draai me om en kijk in de ogen van een weggelopen personage uit de Gooise Vrouwen. Het factotem lijkt als twee druppels water op Willemijn, magistraal neergezet door Annet Malherbe.

“Wat ik voor de kost doe zustertje? Werkelijk geen idee. Misschien weet mijn vriendin het “ zeg ik terwijl ik Willemijn van me weg duw.

Ik plaats de fles Barolo onder mijn oksel, neem een ferme slok uit mijn glas en duik de meute in. Het voelt even of ik in een digitale wereld loop, de wereld van LinkedIn, hèt ultieme platform voor de chronische leugenaar. Aan de lopende band ontmoet ik managers van diverse pluimage. Ze zijn verantwoordelijk voor en motiveren hele volksstammen, begeleiden ingewikkelde processen, denken out of the box, zijn innovatief en vooruitstrevend en hebben een eeuwige lach op hun gezicht. Het zijn zo op het eerste oog geweldige eigenschappen. Helaas is de praktijk weerbarstiger. Ook hier zie ik deerniswekkende treurnis in de hoornvliezen.

Ik raak aan de praat, als je het praten kunt noemen, met een zweterige papzak. Hij is knetterzat en zijn lippen en tong zijn vurig Bordeauxrood, veroorzaakt door minstens twee flessen wijn. Hij blijft het maar over een vrindje hebben met wie je wat kunt regelen. Als ik interesse heb dan kan het vrindje ook wel wat voor mij regelen. Het duurt nog een kwartiertje, maar dan is het hem gelukt me duidelijk te maken wat hij bedoelt. Het vrindje van hem heeft een luxe appartement in de stad en daarnaast goede connecties in de gesoigneerde escortbranche.

“ Allszz jij un avondje wil rolluhbolluh met un hoertje, dan sorggt vrindje voor un zakelijke rekuning. Sje komun thuis niks te weten. “ raaskalt de papzak. “ Ikkuh sja je zun nummer geven. “

Hij opent zijn goed gevulde portemonnee en begint te zoeken. De helft van de inhoud valt op te grond. Ik buk om de boel op te rapen en mijn oog valt op een nogal afwijkend visitekaartje. Aan de tekst te zien zou het wel eens het kaartje van vrindje kunnen zijn.

Via ons kunt u ook uw BTW laten aftrekken. “

Ik stop het kaartje in mijn broekzak. Ik zal het hard nodig hebben bij de afdeling “ anoniem belastingontduikers aangeven. “ De vetbult zal niet lang meer gebruik maken van het business model van zijn vrindje.  Ik laat de zatlap achter me en struin wat rond. Het feest is stierlijk saai en ik verveel me rot.

“ Wat zie je er intens verveeld en treurig uit beste man “ hoor ik achter me.

Ik draai me om en kijk in de vriendelijke ogen van een rijzende gestalte met heldere ogen en lang zilvergrijs haar. Hij lijkt op een kruising tussen Gandalf en Tolstoj.

“ Je schijnt je niet te vermaken hier. “ zegt hij met een nogal hypnotiserende stem.

“ Dat klopt. Het is hier, op zijn zachtst gezegd, niet helemaal mijn plek. Ik verdoe hier mijn tijd. “

“ Tijd bestaat niet jongeman. Het is een produkt ontsproten uit het brein van gehaaste menselijke wezens. Tijd heeft nooit bestaan. Er is geen verleden, geen heden en geen toekomst. Je existeert, maar dat wil niet zeggen dat je ronddoolt in de tijd. Er is geen begin en geen einde. Alles is er altijd al geweest, zonder ruimte en zonder tijd.  Je lichaam en geest zijn ingebed in de alom aanwezige oneindigheid. “

“ Wilt u een glaasje wijn mijnheer? “

“ Graag jongeman. Neem maar twee flessen Barolo mee en twee glazen. Als je de flessen onder je oksels stopt hoef je maar een keer te lopen.”

Ik haal de wijn, keer terug naar de plek, maar de grijsaard is er niet meer.

“ Weet je waar die oude, grijze man is die hier net een minuut geleden stond “ vraag ik een fat met een spuuglok en een pochet.

“ Oude, grijze man? Er heeft hier nooit iemand gestaan” zegt ie.

“ Precies “ beaamt zijn oerlelijke vrouw.

Ik kijk om me heen en de onrust slaat bij me toe. Ik moet hier weg en snel ook! Ik loop naar achteren en spring op de schutting. Achter het hek zie ik ons verschrikkelijke huis, witter dan wit. Ik blijf met mijn broek aan de schutting haken en de twee flessen Barolo rollen vanuit mijn oksels op de stenen. Een kabaal van brekend glas schalt door de tuin. Een van die verschrikkelijke Joseph Mengele produktjes begint hard te gillen. 

“ Kijk!! De buurman hangt dronken op de schutting. “

Het zustertje mengt zich in het geheel. “ Hij weet niet wat ie voor de kost doet, maar flessen Barolo jatten en weglopen kan hij als de beste! “

Tientallen idioten staren me aan. Ik sluit mijn ogen en drijf weg.

 Ik word wakker in mijn rode stoel. Achter het raam klinkt gespetter. Ik open de gordijnen en zie een dronken tor in ons geveltuintje pissen. Ik loop naar buiten en schop hem weg. Buiten hangen de geuren van curry, rendang, kouseband, zuurkool, köfte, ras al hanout en linzensoep. Ik loop mijn kleine huisje in onze stadsstraat weer in. Wat een afschuwelijke nachtmerrie, maar gelukkig ben ik weer thuis.

 

 Stamboom

 

Het is zondagmiddag. Ik sluit de gordijnen half, leg de borrelhapjes klaar en schenk mezelf een overheerlijke Trappist in. Ik zet de tv aan en schakel over naar de betaalzender. Vanmiddag spelen we tegen de aartsvijand en een actie van “ Casino Plus, gok terwijl u leeft “ heeft me een discount van 50% opgeleverd. Slechts honderd euro kost het me nu om de wedstrijd op tv te kunnen zien. Ik ben een bevoorrecht mens. Niet bevoorrecht genoeg om de wedstrijd echt live te kunnen aanschouwen, maar daarover later meer.

Met weerzin denk ik terug aan vervlogen tijden. Dat afschuwelijke stadion, die afgeragde bak waarin werd gespeeld. De oeverloze discussies tussen de voorstanders en de tegenstanders van het nieuwe stadion. De tegenstanders gooiden argumenten op tafel die kant noch wal sloegen. Lulverhalen over cultuur, beleving, er is meer dan geld en succes is niet te koop. We hebben het gezien hahaha. Van geschiedenis kun je niet leven pareerden wij dan. Het is de waarheid als een koe. Geschiedenis is onzin, het bestaat niet en met cultuur win je geen wedstrijden.

Gelukkig stonden de investeerders in de rij. De financiëring van anderhalf miljard was binnen een week rond. Binnen twee maanden begon de bouw van het stadion en de cultuuromslag. Het is een geweldig stadion geworden. De facilitaire afdeling is in staat binnen een uur zeven miljoen oesters, vijfhonderdduizend zalmen, twee miljoen flessen Piper Heidsieck en tachtigduizend kilo kaviaar er doorheen te jassen. Alle zeventigduizend stoelen zijn verwarmd. Naast voetbalwedstrijden worden er diverse evenementen en concerten gehouden. Het nieuwe stadion staat garant voor entertainment en beleving. Er is daarom ook voor een zeer passende naam gekozen : The Goldman Emirates Strip Hightechnic Entertainment Arena.

Het geld stroomt aan alle kanten binnen en hierdoor kunnen we dure spelers met exorbitante salarissen kopen. Deze spelers hebben het IQ van een mongool en de algemene kennis van een foetus. Maar ze kunnen voetballen. Meer is er niet nodig om de geldstromen niet te laten opdrogen. Het vieze volk wat eerst op de tribune zat is verbannen. Dit ging op volkomen vrijwillige wijze. De armoedzaaiers waren gewoonweg niet meer in staat het geld voor een kaartje neer te leggen. Onze club is zo verlost van deze mensen die te pas en te onpas drrrwugs op de tribunes gebruikten, hard schreeuwden en soms zelfs een vuurtje in een fakkel staken. Het plebs is ingeruild voor aristocraten en goed gefortuneerde toeristen. De toeristen krijgen bij het betreden van hun vak een vaantje met de clubkleuren, zodat ze weten voor welke club ze moeten klappen.

Zoals ik al schreef : ik ben een bevoorrecht mens. Mijn aanvraag voor de betaalzender is goedgekeurd. Ik ben van onbesproken gedrag en dat bleek uit mijn VOG die ik voor de aanvraag nodig had. Ik heb een regelmatig inkomen, heb geen schulden en de meegestuurde doktersverklaring laat zien dat ik kerngezond ben en zeker geen chronische ziekte heb. Ik ben dus geen bedreiging voor het business model van de betaalzender en ben er van harte welkom.

Een wedstrijd live bekijken is een ander verhaal. Mijn stamboom is niet toereikend. Ik stam niet af van lagere of hogere adel en heb geen connecties met de hogere klasse. Genetisch onderzoek heeft weliswaar uitgewezen dat ik gezond ben, maar het predicaat Supermens is helaas niet op mij van toepassing. Mijn lat ligt te laag om daadwerkelijk de wedstrijden live te mogen aanschouwen. Toch treur ik er niet echt om. Ik ben tevreden met wie ik ben en ken mijn plaats. Ik ben trots op mijn stek voor de betaalzender en gun de Supermensen hun plek in het stadion.

De wedstrijd gaat beginnen. De aristocratie gaat helemaal los :  “ Hup Feuyenoord! Hup, naar veuren met die bal! “ De toeristen zwaaien met vlaggetjes, kijken in het rond en maken aan de lopende band selfies. Onze ploeg speelt niet al te sterk. De aartsvijand rukt op en heeft nu al gescoord. “ Hup! Hup! Naar veuren! “ zingt het uitzinnige publiek. Wederom scoort de aartsvijand en diverse toeristen springen op en gaan juichen. Ze hebben zich in het shirt vergist. De tweede helft is nog erger en de aartsvijand scoort er lustig op los. “ Het is een regelrechte nachtmerrie! “ hoor ik mezelf gillen. Hierna wordt alles zwart.

Iemand port me in mijn zij. “ De wedstrijd gaat zo beginnen, ben je er ook klaar voor? “ Ik ben even weggedommeld. De zes halve liters voor de wedstrijd zullen daar ongetwijfeld een aandeel in hebben gehad. Ik kijk om me heen en zie een prachtig gevuld monumentaal stadion. Het volk schreeuwt zich de longen uit het lijf. Ik ruik vuurwerk, bier, wiet en worst. De sfeer is onbeschrijflijk, zo mooi. Een stuk krant dwarrelt in de lucht en belandt op mijn schoot.

21 april 2022

Geen nieuw stadion in Rotterdam: Feyenoord City definitief gecanceld


Foto : Batboy.nl

 

 


Reacties

  1. Ik ken deze mensen. Ze stonden vanmiddag in de rij op Schiphol, op weg naar hun terrasjes in Zuid-Spanje. En maar foeteren op de onderbetaalde medewerkers van de bagageafhandeling omdat hun vakantietje niet doorging. Ik neem aan dat Raymond F. Swaep hier ook nachtmerries van zou hebben gekregen. Voorwaar wederom een heerlijk stuk proza over de dommensen van Nederland.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Het zijn de verre van Wonderkinderen van deze wereld die hun stupide gedrag in de vorm van munitie voor je uitserveren zodat je deze kan knallen richting je lege Word document ter vulling

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Trammetje 8

  Ik ben woonachtig in een stad die voornamelijk bekend staat om diens uiterlijk van glas en staal. Als niets ontziende speren schieten torens van glas, staal en beton de lucht in. Toch heeft mijn stad oude wijken waar de geschiedenis nog voelbaar en zichtbaar is. Een van die wijken is het Oude Noorden. Deze wijk is gelegen tussen de Noordsingel, de Bergweg, Noorderkanaalweg, Soetendaalsekade, Zwaanshals, Zwaanshalskade en de Zaagmolenkade. Een nauwe stadswijk omringd door een gordel van groen langs de Rotte en de Noordsingel. E r is iets met deze wijk. Als er afscheid wordt genomen van de zomer en de dagen korter en korter worden gebeuren er dingen die niet te begrijpen zijn. Mensen die het hebben meegemaakt en het hebben proberen te verklaren zijn volkomen krankzinnig naar het gekkenhuis afgevoerd. Hoewel ik zelf nooit getuige ben geweest van vreemde gebeurtenissen kan ik me daar wel iets bij voorstellen. Vooral als ik tegen zonsondergang op één van mijn lievelingsplekken sta: op de

Dat is dan vijfentwintig cent.

    Ik loop richting de Coolvest, draai me om en kijk de Raamstraat in. Nog een paar weken en dan wordt de Zandstraatbuurt gesloopt. Eindelijk heeft Burgemeester Zimmerman dan zijn zin gekregen. De paupers zullen als ratten uit hun holen verjaagd worden. De krotten worden gesloopt en een nieuw stadhuis en modern postkantoor zullen ervoor in de plaats verschijnen. Er moet een stadsboulevard van allure komen. Het zal mij benieuwen. Wat zal ik de wijk gaan missen. Ontelbare uren heb ik er in de groezelige bierhuizen doorgebracht met een glas donker bier in mijn hand en een pak kaarten in mijn binnenzak. Het leven hier ligt mijlenver van dat van mij aan de Leuvehaven. De wereld van de Zandstraatbuurt, de wereld van de sloebers, alcoholisten, souteneurs, hoeren en ander gespuis. Ik veracht ze, maar oh wat heb ik ze nodig om me goed te voelen. Het geluk heeft me toegelachen  vanavond  tijdens het kaarten. Minstens vijfentwintig guldens rammelen in mijn zak. De laatste partij hebben ze me mo

Schipper mag ik overvaren?

  “Twee keer een overtocht, dat is dan samen zeven euro en vijftig cent mijnheer.“ “ Zeven euro vijftig voor twee tickets mijnheer.“ “ Euh….Sorry? Wat? “ “Voor de overtocht. Zeven euro vijftig.“ “Ja natuurlijk. Hier. Ik was even aan het dagdromen.“ “Zijn we weer op aarde eenzame fietser?,“ hoor ik achter me. Ik draai me om en kijk in het lachende gezicht van Ome Beertje. Op zijn blakende hoofd zit een pet van Sankt Pauli. “Je zat zeker weer in een andere dimensie,“ grijnst hij. “Een soort van Ome Beertje hahaha." Ome Beertje is mijn grote vriend. We kennen elkaar al zo lang dat we eigenlijk niet meer weten wanneer we in elkaars leven zijn verschenen. We hebben dezelfde humor en houden beide van contempleren. Ome Beertje beheerst het contempleren tot in de finesses en heeft mij er veel over geleerd. “De mens is een dwaasheid “ zeggen we altijd. “De mens wil altijd meer, maar meer is niet altijd beter.“ zeggen we ook vaak. Ondanks het feit dat de mensen steeds maar o