Dit is niet een verhaal dat als doel heeft begrepen te worden. Misschien herkent u het, misschien herkent u het niet. Misschien begrijpt u het, misschien begrijpt u het niet. Maar is dat niet één van de mooie dingen van het leven? Dat niet alles begrepen kan worden.
‘Ga je dit jaar nog op vakantie? ‘ wordt me gevraagd.
‘Zekers. Zekers. ‘
‘Waarheen? ‘
‘Naar Het Land Van BOB. ‘
‘Naar Bobbejaanland? ‘
‘Nee, naar Het Land Van BOB. ‘
‘Bob?’
‘Ja, Het Land van BOB…BOBBOB….BOBOBOBOBOBOBOBOB……...
Ik heb de energie niet. Ik heb gewoon domweg de energie niet om het uit te gaan leggen maar toch probeer ik het. ‘Het Land Van BOB is gelegen in het uiterste noordwesten van Het Nieuwe Continent. The Evergreen of Ever Green, al naargelang je voorkeur. Daar waar alle geheimen samenkomen. Waar was je in vredesnaam vijfendertig jaar geleden? Hoe heet de steen waaronder je hebt gelegen? ‘
‘Wie? Ik? Vijfendertig jaar geleden? ‘
‘Nee. Jij. 1990. ‘
Ik neem afscheid, ga naar huis, pak mijn rugzak in en ga op
de bank zitten. Ik sluit mijn ogen en ga op reis. Dat is het voordeel van
modern reizen. In een mum van tijd overbrug je negen uren tijdsverschil. Het is
eind ochtend lokale tijd als ik arriveer.
Even lijkt het of de tijd stil staat of heeft deze hier al vijfendertig jaar stil gestaan? De twee pieken, de bergen, de bossen, het komt me allemaal zo bekend voor en toch ben ik hier voor het eerst. In de verte ligt het dorp.Mijn maag rammelt en mijn voeten sturen me naar de enige plek waar ze me heen zouden kunnen sturen, Double RR diner. Het is alsof ik droom. De bar, de krukken, de tafels en de zitjes, alsof ik in het scherm ben gekropen.
‘Can I help your sir? ‘ De rillingen lopen over me rug. Het is nog realistischer dan ik in mijn stoutste dromen had durven hopen.
‘Yes please. Can I have a cup of coffee and a piece of your best home made cherry pie please.'
De koffie is heerlijk, de cherry pie uitmuntend.
‘This is the best I ever tasted. ‘
‘Thank you. Why you’re here? ‘ vraagt de serveerster. ‘I am looking for BOB.' ‘Looking for BOB? Are you sure? ‘ ‘Yes I am sure. Where can I find him? ‘ ‘BOB can be everywhere. At every place and in every person. You should start in the dark forest. ‘
Ik kijk naar buiten en zie de nevel opstijgen vanuit de
donkere bossen die tegen de bergen aangeplakt lijken. Ik reken af en loop richting
het bos.
Ik hoor iets achter me schuiven, draai me om en zie iets of iemand op een stoel zitten. Het object heeft de vorm van een mens. Een grote lange cape bedekt het lichaam en het hoofd.
‘Welkom,’ hoor ik met een donkere stem welke van onder de cape vandaag komt. Twee lijkwitte handen met zwart en rood gelakte nagels komen tevoorschijn en schuiven de cape van het hoofd. Ik kijk in de ogen van een tanige, oude kerel met lang grijs haar en een volle baard. Hij komt me bekend voor, maar ik weet niet waarvan. ‘Ga zitten,’ zegt hij. Ik neem plaats.
Er hangt een herkenbare geur in de lucht die ik in eerste instantie niet kan plaatsen, maar daarna als kamperfoelie herken. ‘Het ruikt hier naar kamperfoelie oude man. ‘
‘Kamperfoelie?’
‘Ja, kamperfoelie. ‘
‘Dat zou zomaar kunnen. Ik heb net een pot kamperfoelie thee
gezet. Wil je een kop? ‘
‘Alstublieft.'
Hij zet een kop met een robijnrode vloeistof voor me op tafel. Ik neem een flink slok en proef vooral ijzer. ‘Dit smaakt helemaal niet naar kamperfoelie. ‘ ‘Klopt. De kamperfoelie is op. Dit is sanguis thee.
Hij kijkt me strak aan. ‘We hebben elkaar eerder ontmoet. ‘
‘Is dat zo? ‘
‘Ja. Op de Open Dag van de Universiteit van Leiden. We zijn
toen samen tot de conclusie gekomen dat de afstand nul niet bestaat. ‘
‘Dat klopt, ‘zeg ik. Ik heb later nog een test gedaan
waaruit bleek dat de afstand nul niet bestaat.‘ ‘Ja je had het goed begrepen.
Het begrip nul is een door de mens gecreëerde waarde. Mogelijk bestond deze
grootheid voor de oerknal, maar dat weten nog niet zeker.
Ik neem aan dat je weet wat een driehoek is. ‘
‘Uiteraard. ‘
‘Als ik zeg Pythagoras, wat zeg jij dan? ‘
‘De Stelling van Pythagoras. De som van de drie hoeken van
een rechtzijdige driehoek is 180 graden. Van iedere driehoek trouwens. ‘
‘Dus als ik het goed begrijp dan is die som altijd 180
graden, nooit minder. ‘
‘U heeft gelijk. Altijd 180 graden. Nooit minder. ‘
‘En meer dan 180 graden. Is dat mogelijk? ‘
‘Hahahaha. Dat is absoluut niet mogelijk. ‘
‘Zeker weten? ‘
‘Zeker weten. ‘
Hij haalt een stuk papier en een potlood uit zijn zak en begint te tekenen. ‘Ik heb nu een bol getekend. Het kan een strandbal zijn, maar laten we het meteen groots aanpakken. Deze bol moet de aarde voorstellen. In het midden van de ganse bol loopt een lijn. Laten we doen alsof dat de evenaar is. In de bol zie je allemaal boldriehoeken. De opstaande zijden snijden de evenaar met een hoek van 90 graden. Twee hoeken van een boldriehoek zijn dus al 180 graden. Nu zul je zeggen dat de bovenste en onderste hoek(en) waar de meridianen elkaar en de polen snijden 0 graden is. Wij weten dat nul, de afstand nul niet bestaat. De betreffende hoeken zullen dus altijd, hoe klein ook, een hoek hebben. In dat geval heeft de driehoek altijd meer dan 180 graden. ‘
‘Maar, maar Pythagoras. ‘
‘Die Pythagoras heeft er gewoon niks van begrepen en met hem hordes wetenschappers. We zijn nu beland op het terrein van de werkelijke metafysica, het gebied van boventijdruimtelijk. ‘Daar waar alle geheimen samenkomen,’ zei je tegen die nitwit voordat je hier kwam. En dat is de plek boven die 180 graden. Boven die 180 graden is niks meer wat het lijkt, althans, wat je altijd hebt geleerd en bent voorgehouden. Jij hebt die plek betreden in de yurt. Je bent het station van concentratie en meditatie gepasseerd en je bevindt je nu in een volkomen toestand van contemplatie. ‘
‘Ja, ja, ja……………contemplatie? ‘
‘Ja. Contemplatie. In de contemplatie treden we uit de
existentie in het zijn, uit de begrenzingen van tijd-ruimte in het eeuwige nu.
‘
‘Verdomd interessant. Lastig, lastig, maar verdomd interessant. ‘
Ik heb werkelijk geen idee waar hij het over heeft, maar mijn
zoektocht naar BOB is sowieso door raadsels omgeven.
De wijze man is verdwenen en ik besluit een weg terug naar het dorp te zoeken. De wenteltrap brengt me dit keer naar een garage annex pompstation. Er staat een lange kerel met een smal gezicht achter de balie.
‘ Hi. How are you? My name is Big Ed. Can I help you? ‘
‘Yes please. Have you heard of BOB? ‘
Zijn gezicht verstart. ‘I’d like to keep BOB far away from me. ‘Mijn oog valt op een krant. Boven in de rechterhoek staat de datum 8 april 1990. Ik kan het niet geloven, het is dus toch allemaal echt. In een roes loop ik naar de weg en stop bij het eerste de beste motel dat ik tegenkom. Ik boek een kamer en sluit me op.
‘BOB can be everywhere and in every person’ zijn de woorden van de serveerster die in mijn hoofd galmen. Als hij everywhere kan zijn, dan zeker hier boven de 180 graden. Een plotseling agressie en woede maakt zich van me meester. Ik krijs het uit, mijn hoofd barst zowat uit elkaar. Ik ren de badkamer in en met gebogen hoofd ga ik voor de spiegel staan. Lang haar, wat ik nooit heb gehad, hangt over mijn schouders. Langzaam trek ik mijn hoofd op en kijk in de spiegel. Ik heb BOB gevonden, of beter gezegd: BOB heeft mij gevonden!
Een sardonische grens op mijn spiegelbeeld hahahahahahahahahahahaha
Het feest kan beginnen!!!
Reacties
Een reactie posten