Doorgaan naar hoofdcontent

Sombertjes hè?

 


Het werd vorige week wereldkundig gemaakt : Nederlanders beginnen een gesprek vaak over het weer. Dit verbaast me niet, want dat wist ik al decennia. Nu worden er onderzoeken aan gewijd die moeten aantonen wat daar de reden van is. Weggegooid geld, ik kan het u zo vertellen. De meeste mensen zijn fantasieloos en hebben werkelijk niks te vertellen. Wat voor hallucinerende proza over het weer en aanhangende onderwerpen ik iedere dag hoor, het is ongekend. Ik zal er eens een paar voor u op een rij zetten.


Het zonnetje schijnt. Dat hebben we wel verdiend.

Ik heb het wel eens eerder aangekaart, maar het is gewoon not done om een verkleinwoord voor de zon te gebruiken. Het is een immens hemellichaam waarvan de oppervlakte je doet duizelen. Ik ben vooral gefascineerd door de frase Dat hebben we wel verdiend. Wat is in vredesnaam de reden dat wij, die hier de ganse dag de nectar van de welvaartsmaatschappij opslurpen, dit hebben verdiend? Dit is toch een contradictie met de hoofdletter C? Wij verdienen niks, nederigheid is het wat wij verdienen. De mensen die deze onzin verkondigen verdienen een eenzame opsluiting in een van vocht druipende grot tot ze volkomen krankzinnig zijn geworden en voor de eeuwigheid kunnen worden opgesloten in het gekkenhuis. 

 

Gisteren was het zomer, vandaag is het weer herfst.

Deze uitspraak, die ik notabene halverwege de lente heb gehoord, doet je draaien van  absurditeit. De enige dag van het jaar waarop je deze uitspraak kunt doen is de eerste dag van de herfst. U begrijpt ongetwijfeld dat de idioot die zit zei de zonnige dag als een zomerdag bestempelde en de regenachtige dag als een herfstdag. Dit is volkomen waanzin. Zomerdagen en herfstdagen bestaan uit zonnige dagen en regenachtige dagen. Je kunt op een regenachtige lentedag niet zeggen dat het herfst is. Je schopt hiermee de fundamenten van alle klimatologische theorieën in stukken. De gestoorde die dit heeft gezegd zou je moeten vastbinden op een stoel, met de kleren aan onder een koude douche zetten en zeggen : Zo voelt een regenachtige herfstdag aan.


Sombertjes hè?

Dit is wel een van mijn favorieten. U begrijpt ongetwijfeld wat het stuk ongeluk die dit gezegd heeft bedoelt met deze holle frase. De zon schijnt niet, er hangen donkere wolken, het is somber. Dat is een conclusie die je gewoon niet kan trekken. Feitelijk bepaal je hiermee dat ieder mens vindt dat het somber is als de zon niet schijnt terwijl er genoeg mensen zijn die opfleuren bij het ontbreken van de zon en het voortrazen van donkergrijze wolken. Ondergetekende bijvoorbeeld. Degene die deze wartaal heeft geuit zou je eigenlijk in een net gegraven kuil moeten werpen, deze dichtgooien en dan roepen : Dit is somber!


Gisteren zaten de terrassen vol, vandaag zal dat minder zijn.

Het mislukte mens die dit heeft geroepen heeft zichzelf eigenschappen toegedicht die het niet heeft. Ik hoorde deze uitspraak op een donderdagochtend waarop de zon niet scheen. De woensdag daarvoor had de ganse dag de zon geschenen en bleken de terrassen vol te hebben gezeten. ( Ik heb dat niet zelf geconstateerd, want ik zit nooit op een zonnig terras. Ik weet het van foto’s ) Niemand, zo goed als niemand is in staat in de toekomst te kijken. Op donderochtend 9.30 uur kun je nooit weten of de terrassen die dag wel of niet vol zullen zitten. De knurft die dit had gezegd vertelde ik ook dat ik de enige ben die in de toekomst kan kijken. ‘Hoe dan?’ vroeg hij nog. ‘Ik voorspel dat over vier seconden jouw verstandskiezen over de natuurstenen van de Oude Haven zullen stuiteren’ waarna ik hem neerhaalde.

Dit waren zomaar enkele voorbeelden. Ik zou nog dagen door kunnen gaan als ik zou willen. De wereld is vergeven van holle frasen die het documenteren waard zijn. 


Foto : Raymond Swaep



Reacties

Populaire posts van deze blog

Trammetje 8

  Ik ben woonachtig in een stad die voornamelijk bekend staat om diens uiterlijk van glas en staal. Als niets ontziende speren schieten torens van glas, staal en beton de lucht in. Toch heeft mijn stad oude wijken waar de geschiedenis nog voelbaar en zichtbaar is. Een van die wijken is het Oude Noorden. Deze wijk is gelegen tussen de Noordsingel, de Bergweg, Noorderkanaalweg, Soetendaalsekade, Zwaanshals, Zwaanshalskade en de Zaagmolenkade. Een nauwe stadswijk omringd door een gordel van groen langs de Rotte en de Noordsingel. E r is iets met deze wijk. Als er afscheid wordt genomen van de zomer en de dagen korter en korter worden gebeuren er dingen die niet te begrijpen zijn. Mensen die het hebben meegemaakt en het hebben proberen te verklaren zijn volkomen krankzinnig naar het gekkenhuis afgevoerd. Hoewel ik zelf nooit getuige ben geweest van vreemde gebeurtenissen kan ik me daar wel iets bij voorstellen. Vooral als ik tegen zonsondergang op één van mijn lievelingsplekken sta: op de

Dat is dan vijfentwintig cent.

    Ik loop richting de Coolvest, draai me om en kijk de Raamstraat in. Nog een paar weken en dan wordt de Zandstraatbuurt gesloopt. Eindelijk heeft Burgemeester Zimmerman dan zijn zin gekregen. De paupers zullen als ratten uit hun holen verjaagd worden. De krotten worden gesloopt en een nieuw stadhuis en modern postkantoor zullen ervoor in de plaats verschijnen. Er moet een stadsboulevard van allure komen. Het zal mij benieuwen. Wat zal ik de wijk gaan missen. Ontelbare uren heb ik er in de groezelige bierhuizen doorgebracht met een glas donker bier in mijn hand en een pak kaarten in mijn binnenzak. Het leven hier ligt mijlenver van dat van mij aan de Leuvehaven. De wereld van de Zandstraatbuurt, de wereld van de sloebers, alcoholisten, souteneurs, hoeren en ander gespuis. Ik veracht ze, maar oh wat heb ik ze nodig om me goed te voelen. Het geluk heeft me toegelachen  vanavond  tijdens het kaarten. Minstens vijfentwintig guldens rammelen in mijn zak. De laatste partij hebben ze me mo

Schipper mag ik overvaren?

  “Twee keer een overtocht, dat is dan samen zeven euro en vijftig cent mijnheer.“ “ Zeven euro vijftig voor twee tickets mijnheer.“ “ Euh….Sorry? Wat? “ “Voor de overtocht. Zeven euro vijftig.“ “Ja natuurlijk. Hier. Ik was even aan het dagdromen.“ “Zijn we weer op aarde eenzame fietser?,“ hoor ik achter me. Ik draai me om en kijk in het lachende gezicht van Ome Beertje. Op zijn blakende hoofd zit een pet van Sankt Pauli. “Je zat zeker weer in een andere dimensie,“ grijnst hij. “Een soort van Ome Beertje hahaha." Ome Beertje is mijn grote vriend. We kennen elkaar al zo lang dat we eigenlijk niet meer weten wanneer we in elkaars leven zijn verschenen. We hebben dezelfde humor en houden beide van contempleren. Ome Beertje beheerst het contempleren tot in de finesses en heeft mij er veel over geleerd. “De mens is een dwaasheid “ zeggen we altijd. “De mens wil altijd meer, maar meer is niet altijd beter.“ zeggen we ook vaak. Ondanks het feit dat de mensen steeds maar o